Is leiderschap controle?
- joyceklee02
- 25 aug
- 2 minuten om te lezen
In veel organisaties zie ik hetzelfde patroon terug. Leiders die hun waarde meten aan hoe strak ze de lijnen vasthouden. Hoe meer ze weten, hoe meer ze ingrijpen, hoe dichter ze op ieder detail zitten hoe beter, zo is de gedachte.
Het is bijna vanzelfsprekend geworden: leiderschap ís controle. En dat idee zit dieper dan we vaak doorhebben. Systemisch gezien dragen veel leiders nog steeds het beeld mee dat zij ‘boven’ de groep moeten staan, als de herder die elke beweging van de kudde ziet.
Het stamt uit een tijd waarin veiligheid afhing van één duidelijke beslisser, iemand die alle gevaren zag aankomen en daar direct op reageerde.
Maar wat ooit nodig was om te overleven, kan in een moderne organisatie een verstikkend patroon worden. Want controle is niet hetzelfde als bedding.
Controle zegt: Ik moet zorgen dat jij geen fouten maakt. Bedding zegt: Ik zorg dat jij veilig genoeg bent om te leren, ook van je fouten.
In de praktijk zie ik dat leiders die sterk op controle leunen vaak onbewust een boodschap uitzenden: Ik vertrouw jou niet volledig. Niet omdat ze dat hardop zeggen, maar omdat het systeem waarin zij zijn opgegroeid hen heeft geleerd dat hun positie afhangt van ‘weten’ en ‘sturen’. En dus houden ze vast.
Het effect is dat de energie in het team vernauwt. Initiatief wordt minder.
Beslissingen worden alleen nog omhoog gestuurd. Mensen wachten af, omdat het veilig voelt om de leider de verantwoordelijkheid te laten dragen.

Maar wanneer een leider de controle ontspant zonder de bedding te verliezen gebeurt er iets anders. Dan kan de energie weer stromen, wordt verantwoordelijkheid gedeeld, en ontstaat er een veel sterker gevoel van gezamenlijk eigenaarschap.
Vroeger dacht ik dat loslaten riskant was. Nu weet ik: als je vanaf dag één begeleid vanuit vertrouwen, ontstaat er ruimte voor ieder teamlid om het op haar of zijn eigen manier te doen, met maar één afspraak, fouten maken we allemaal, maar spreek je altijd uit dan lossen we het samen op.
Een team heeft voorwaarden nodig om zich ook echt een team te voelen: veiligheid, vertrouwen en duidelijkheid over wie er is als het spannend wordt. Daar zit de kracht van leiderschap, dat is jouw taak als leider.
Het team voelt jouw aanwezigheid niet als controle, maar als stevige grond om op te bouwen.
Als die bedding er eenmaal is, ontstaat er ruimte voor groei. Iedereen heeft een plek, voelt zich veilig én gelijkwaardig. Juist de verschillen versterken elkaar, omdat de basis veilig is en er ruimte is om volledig jezelf te zijn in het grotere geheel. Dat is een sterk team bouwen.
Als jij morgen alle controle zou loslaten, welke bedding blijft er dan over?



Opmerkingen